x

Enhancing adherence in patients with COPD


Betere uitleg inhalatietechniek en therapietrouw kan gezondheidszorgkosten COPD-patiënten verminderen

Het bevorderen van therapietrouw bij COPD-patiënten voorkomt een deel van de ziekenhuisopnames, waardoor de totale gezondheidszorgkosten verminderen, concludeert Job van Boven uit zijn promotieonderzoek.

Mensen met de chronische longziekte COPD zijn aangewezen op het gebruik van geïnhaleerde  medicijnen (‘puffers’). Deze medicijnen kunnen benauwdheid sterk verminderen en longaanvallen voorkomen. Ze werken echter alleen optimaal als ze dagelijks en op de juiste manier worden gebruikt (therapietrouw). Voor veel mensen is het lastig om therapietrouw te zijn of blijven. Van Boven constateerde dat COPD-patiënten die hun medicijnen niet op de juiste manier innamen vaker in het ziekenhuis werden opgenomen, een lagere kwaliteit van leven hadden en ook een lagere levensverwachting. Daarnaast waren de totale kosten van de gezondheidszorg hoger in deze groep patiënten en was er verlies van arbeidsproductiviteit.

Van Boven ontdekte ook dat bijwerkingen vaak optreden in de eerste drie maanden na de start van een puffer met een onstekingsremmer. Maar zelfs na een jaar gebruik treden er nog bijwerkingen op, vaak als gevolg van een verkeerde inhalatie-techniek, die meestal niet te wijten is aan de COPD-patiënten zelf. Het betekent wél dat artsen en apothekers nog beter moeten uitleggen hoe medicijnen werken en hoe ze gebruikt moeten worden.

Jaarlijks wordt meer dan 400 miljoen aan de behandeling van COPD besteed waarvan 35% naar medicatie gaat. Medicatie die niet of verkeerd gebruikt wordt, zorgt voor veel te voorkomen kosten in de tweede lijn, die gezamenlijk 180 miljoen van de COPD-kosten voor zijn rekening neemt. Van Boven berekende daarom in Nederland en België de effectiviteit en kosten-effectiviteit van therapietrouwverbetering. In beide landen bleken extra uitleg en instructies te leiden tot minder ziekenhuisopnames en waren de totale gezondheidszorgkosten lager dan bij COPD-patiënten die standaardzorg kregen. Het verbeteren van therapietrouw zou dus altijd moeten worden overwogen vóórdat er nieuwe, vaak duurdere, behandelingen worden gestart.

Job van Boven voerde zijn onderzoek uit bij de onderzoeksgroep Farmaco-epidemiologie en Farmaco-economie van het Groningen Institute for Pharmacy (GRIP). Het maakte deel uit van het programma Methods in Medicines evaluation & Outcomes research. Na zijn promotie gaat hij verder als postdoc bij het UMCG.

Proefschrift:

http://hdl.handle.net/11370/718ed477-a362-4995-ba64-e35cc1e88d4f

Lees het originele artikel