x

Dringende herziening van zorgstelsel noodzakelijk om kwalitatieve zorg voor burgers te waarborgen


Het huidige zorgstelsel voldoet niet aan de behoeften van burgers op het gebied van zorg en ondersteuning. Dit gebrek aan adequate zorg zal in de toekomst steeds meer groepen treffen en geldt momenteel al voor groepen die veel verschillende soorten zorg nodig hebben, zoals thuiswonende ouderen,   met ernstige psychische aandoeningen en jongeren met complexe zorgbehoeften.

Na herhaaldelijk te hebben geconstateerd dat de zorg door toenemende tekorten onhoudbaar is geworden, concludeert de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS) dat het huidige zorgstelsel zelf een belangrijke bijdrage levert aan dit probleem. Dit wordt onder andere veroorzaakt door de gefragmenteerde organisatie, perverse prikkels op het gebied van productie en het feit dat het systeem de toegang tot goede zorg steeds ongelijker maakt. Er is dringend behoefte aan een grondige herziening, waarbij ook de fundamenten van het stelsel moeten worden aangepakt. In het adviesrapport ‘Met de stroom mee’ doet de Raad concrete aanbevelingen voor veranderingen in het zorgstelsel om goede zorg voor iedereen toegankelijk te houden, gewenste initiatieven te ondersteunen en samenwerking beter te organiseren.

Drie overgangen

Het Integraal Zorgakkoord (IZA) is een eerste stap om de zorg te verbeteren, maar op de lange termijn niet voldoende. De ambities stuiten op de grenzen van het huidige systeem. Met het oog op een duurzame toekomst en de volgende kabinetsformatie adviseert de Raad om verdergaande maatregelen te overwegen en een grondige herziening van het huidige stelsel uit te voeren. Het advies bevat drie overgangen met concrete voorstellen die noodzakelijk zijn voor een zorgstelsel dat bestand is tegen de toekomst: van concurrentie naar samenwerking, van individuele naar gedeelde verantwoordelijkheid en van gesloten naar open en lerend.

Regionale organisatie van zorg en ondersteuning

Als eerste moet het concurrentiemodel binnen delen van de zorg (eerstelijnszorg, wijkverpleging, geestelijke gezondheidszorg en acute zorg) plaatsmaken voor een regionaal samenwerkingsmodel. Samenwerking wordt mogelijk gemaakt door een gezamenlijke zorgplicht voor gemeenten en zorgverzekeraars, die zorgaanbieders en inkopers verplicht om samen te werken. Met deze regionale sturing kan de beperkte capaciteit beter worden benut voor het organiseren van zorgvoorzieningen waar momenteel toegangsdruk op ligt, zoals huisartsenzorg. Bovendien hoeven burgers dan niet langer met verschillende loketten en voorschriften te maken te krijgen. Voor thuiswonende ouderen wordt aanbevolen om zorg en ondersteuning niet langer te regelen via drie afzonderlijke wetten, maar uitsluitend via de Zorgverzekeringswet (Zvw) en de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).

Maatregelen voor doelmatig zorggebruik

Ten tweede is het volgens de Raad noodzakelijk dat burgers naar draagkracht – zowel financieel als door middel van informele zorgverlening – kunnen bijdragen aan zorg en ondersteuning. De Raad beveelt aan om de stapeling van eigen betalingen tegen te gaan, bijvoorbeeld door een maximumbedrag in te stellen voor chronisch zieken. Deze opeenstapeling van eigen betalingen leidt namelijk tot het vermijden van zorg en uiteindelijk tot meer gezondheidsproblemen en hogere kosten. Daarnaast adviseert de Raad om de nominale zorgpremie te verlagen en een inkomensafhankelijke bijdrage in te voeren. Hierdoor kan de zorgtoeslag grotendeels worden afgeschaft. De zorgtoeslag werkt momenteel averechts omdat deze te complex is, waardoor veel burgers die er juist recht op hebben er geen gebruik van maken. Deze maatregelen moeten leiden tot een efficiënter gebruik van zorgmiddelen.

Adaptief en toekomstbestendig

Tot slot constateert de Raad dat er behoefte is aan een adaptief zorgstelsel. De Raad erkent dat er geen ideaal stelsel bestaat, maar stelt vast dat het huidige systeem te starre wetten en regels bevat die vernieuwing tegenhouden, zoals de bepalingen over de besteding van zorggeld, de bepaling van goede kwaliteit en wie zorg mag verlenen. Volgens de huidige regelgeving mag een informele zorgverlener bijvoorbeeld wel insuline toedienen in de thuissituatie, maar niet in een intramurale setting. Het advies bevat aanbevelingen om het zorgstelsel adaptiever te maken, bijvoorbeeld door bij de toelating van zorg tot het basispakket een betere afweging te maken tussen volksgezondheid en kosten. Zorg die op lange termijn waardevol en efficiënt is, zoals tandheelkundige zorg, zou om die reden moeten worden toegelaten. Daarentegen zou dure zorg die slechts een beperkte bijdrage levert aan de volksgezondheid kritischer moeten worden bekeken. Zo is de vijfjaarsoverleving van kankerpatiënten in de afgelopen 10 jaar met 8% gestegen, terwijl de kosten van dure geneesmiddelen vertienvoudigd zijn. Er moet ook meer aandacht komen voor wie zorg mag verlenen. Door de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) te moderniseren, kunnen zorgverleners flexibeler worden ingezet op basis van hun bekwaamheden.

Transitie is een menselijke inspanning

De Raad roept de overheid op tot een dergelijke grondige herziening. Tegelijkertijd realiseert de Raad zich dat alleen aanpassingen van de stelselwetten niet voldoende zullen zijn: deze overgangen vergen inzet van mensen. Partijen zoals zorgverzekeraars, gemeenten, zorgaanbieders en beroepsgroepen spelen hierbij een cruciale rol. Zij moeten bereid zijn om zelf initiatief te tonen voor de nodige aanpassingen binnen het zorgstelsel en hun eigen rollen. Dit vereist meer samenwerking, leiderschap en moed van alle betrokkenen op alle niveaus.

Bron: RVS
Het bericht Dringende herziening van zorgstelsel noodzakelijk om kwalitatieve zorg voor burgers te waarborgen verscheen eerst op MedicalFacts.nl.
Lees het originele artikel